In maart 2011 publiceerde de New York Times
een artikel over de �gebonden arbeid� die veel volwassenen en kinderen
verrichten in de baksteenfabrieken van Wata Poor in Afghanistan. Zij
verdienen weinig en kunnen niet weg tot hun schuld is afbetaald en dat
is zelden het geval. De eigenaren van de steenbakkerijen zeggen dat de
bakstenen �routinematig� voor reconstructieprojecten van de NAVO worden
gebruikt. Volgens een van de eigenaren werken er in circa 150 tot 200
kinderen in elk van de 90 steenbakkerijen in het Surkhrod district. Dat
zijn dus tussen de 13.500 en 18.000 kinderen.
De ChristenUnie stelde in maart vragen over deze kwestie en over de
bestrijding van kinderarbeid in Afghanistan in het algemeen. De
ChristenUnie wil ook weten hoe voorkomen kan worden dat bakstenen en
andere producten gemaakt door (kind)slaven straks aan de Nederlandse
missie in Kunduz worden geleverd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten